Eindelijk was daar dan de gelijkmaker. Odin Mol vocht een boeiend hekstellingduel uit met Van Heun. Het surplus in rekenvaardigheid van Mol kwam tot uiting in de partij: Van Heun werd helemaal vastgeketend en moest na schijfverlies in partijverlies berusten. Direct kwam Westerhaar op voorsprong: Bert Aalberts had tegen Van den Heuvel wat drukspel vanuit de opening. Toen de Amsterdammer niet alert reageerde werd zijn hele lange vleugel aan de ketting gelegd. Uiteindelijk won Aalberts een schijf en de partij. Zo waren er nog twee partijen bezig en nog twee punten benodigd voor de teamoverwinning. Gerbrand Hessing had vanuit de opening aantrekkelijk aanvalsspel, maar doordat tegenstander Tigchelaar tijdig begon met afbreken was er voor Hessing niet voldoende voordeel voor winst. Als laatste was Gil Salomé nog bezig tegen de taaie Frank Pasman. Met de marge op één was remise voldoende, maar Salomé had na een sterk middenspel zelfs een schijf gewonnen. Pasman leek nog op dam te komen maar Salomé liet dat niet gebeuren en won de partij.
Zo wonnen de Westerhaarse dammers met 12-8. Aangezien de medekoplopers Huissen en Schiedam tegen elkaar gelijk speelden, leidt Witte van Moort het klassement met de volle buit. Over twee weken reist het team af naar Zuid-Limburg om het op te nemen tegen de damclub uit Geleen.