De tien brutale vragen zijn deze week gesteld aan cabaretier Gijs Nillessen. Hij is geboren en getogen in Westerhaar-Vriezenveensewijk en staat donderdag met zijn nieuwe show in Hof 88. De eerste vijf vragen staan in de Almelose Tubantia editie van de zaterdagkrant, de laatste vijf vragen staan hier op de website.
6. Je bent dokterszoon. Probeerde je met grapjes te verbloemen dat je heel erg buiten de boot viel?
„Nee want ik viel niet buiten de boot omdat mijn vader huisarts is. Er werd hoogstens een beetje anders tegen mij aangekeken. Maar ik heb er nooit problemen mee gehad, dus met grapjes verbloemen was niet nodig.”
7. Je maakte in een vorige show grappen over Tukkers. Waarom maak je jouw eigen streek belachelijk?
“Is dat belachelijk maken? Ik zet Tukkers op een bepaalde manier neer, maar ik vind niet dat ik ze daarmee belachelijk maak. Het cliche is waar dat Tukkers een stuk nuchterder zijn dan de mensen in het westen en veel meer met beide benen op de grond staan. Daar zeg ik dingen over.”
8. Je trad op in een garage in Almelo. Gaat het zo slecht in de cabaretwereld?
“Ik had een dealtje dat mijn auto een gratis APK en beurt zou krijgen en dat ik dan gratis wat grappigs zou zeggen. Nee het was juist een heel gave locatie om op te treden. Op een autobrug die omhoog werd gezet. Het was zeker de meest bijzondere locatie waar ik ooit heb opgetreden.”
9. In je voorstelling praat je over je paniekaanvallen die je alleen met pillen kon onderdrukken. Inmiddels drugsverslaafd?
“Dat niet, maar het zijn wel zware pillen hoor, zeker als je er teveel van neemt. Soms zou ik best nog zin hebben in zo’n pil, maar ik heb ze gelukkig niet meer nodig. Of het lastig is om zo’n persoonlijk verhaal in een show te vertellen? Nee, dat hoort bij cabaret vind ik. Je hoeft niet je hele levensverhaal op tafel te gooien, maar als je er niets persoonlijks in stopt wordt het veel te oppervlakkig.”
10. Het vooroordeel is dat cabaretiers keihard en hatelijk zijn. Ben je zo onaardig?
“Nee, met die stelling ben ik het niet eens. Ik kan keihard zijn in een show, maar dat dient dan ook een doel, maakt onderdeel uit van een verhaal. Maar je kunt dat niet zo stellig neerzetten.”
De volgende vragen staan in de krant:
1. Een cabaretier die uit Westerhaar-Vriezenveensewijk komt, ben je de enige grappige (oud)inwoner van die plaats?
2. Wanneer is jouw doorbraak?
3. Word je wel eens gek van je manager Jan Willemsen als hij zich overal mee bemoeit?
4. Zijn je ouders teleurgesteld dat je geen echt beroep als dokter koos maar voor een linkse hobby ging?
5. Hoe vaak heb je het al aangelegd met vrouwelijk fans die je opwachten bij de artiesteningang?
